De verhuurder mag huurders niet eenzijdig uit de woning zetten wanneer ze de huurprijs of kosten niet betalen, zelfs niet als de uithuiszetting uitdrukkelijk als sanctie in de huurovereenkomst wordt vermeld. Enkel een bevoegde rechter mag een uithuiszetting bevelen. Mijntoeslagen informeert je.
Hoe werkt uithuiszetting?
- Verhuurder en huurder kunnen het OCMW om ondersteuning vragen om uithuiszetting wegens huurachterstand te vermijden.
- Het OCMW kan hiervoor het Fonds ter bestrijding van de uithuiszettingen inschakelen.
- Vraagt de verhuurder uiteindelijk toch een uithuiszetting? Dan kan de uitgewezen huurder rekenen op 4 beschermende maatregelen.
- Verhuurder en/of huurder kunnen het OCMW om ondersteuning vragen als de huurder de huur niet kan betalen. Het OCMW beslist of begeleiding van de huurder mogelijk is om de achterstallige huur af te betalen.
- Het OCMW kan hierbij het Fonds ter bestrijding van de uithuiszettingen inschakelen.
Welke rol speelt het OCMW in de uithuiszetting?
- De vrederechter brengt het OCMW van de betrokken gemeente preventief op de hoogte wanneer een vordering tot uithuiszetting bij de rechtbank wordt ingeleid.
- De huurder kan zich tegen die mededeling aan het OCMW verzetten.
- Het OCMW neemt schriftelijk contact op met de huurder en de verhuurder om te bemiddelen bij het geschil. Het OCMW biedt de nodige hulp om de uithuiszetting te vermijden.
- Wanneer de rechter de uithuiszetting uitspreekt, heeft de huurder exact 1 maand de tijd om de woning te verlaten.
- De termijn van 1 maand gaat in vanaf de betekening (officiële bekendmaking) van het vonnis door de gerechtsdeurwaarder.
De termijn kan korter of langer zijn:
- De verhuurder bewijst dat de huurder de woning al verlaten heeft.
- De huurder en de verhuurder zijn een andere termijn overeengekomen en dat akkoord wordt in het vonnis tot uithuiszetting opgenomen.
- De rechter verlengt of verkort de termijn op verzoek van de huurder of de verhuurder.
Wat gebeurt er met de inboedel?
- De goederen die zich bij de uithuiszetting nog in de woning bevinden, zullen op kosten van de huurder op de openbare weg worden gezet.
- Wanneer de goederen de openbare weg belemmeren, zal de gemeente ze op kosten van de huurder komen weghalen en 6 maanden bewaren (tenzij het gaat om bederfelijke goederen of goederen die schadelijk zijn voor de openbare hygiëne, gezondheid of veiligheid).
- Sommige goederen zijn niet vatbaar voor beslag, zoals bedden en beddengoed, kleren en kleerkasten, een wasmachine, een strijkijzer, een eettafel met stoelen, een kookfornuis, een koelkast, studiegoederen en beroepsgoederen.
Hoe verloopt de uithuiszetting?
- De verhuurder bekomt een vonnis van de rechter waarin een uithuiszetting wordt bevolen.
- Hij vraagt zijn gerechtsdeurwaarder om dit vonnis te betekenen aan de huurder (= het vonnis aan de huurder te bezorgen).
- Vanaf deze betekening (de datum staat in de akte die de gerechtsdeurwaarder aan de huurder afgeeft) heeft de huurder 1 maand de tijd om hoger beroep aan te tekenen. Vanaf de betekening zal ook de maand lopen die aan de huurder toegestaan werd om te verhuizen.
- De gerechtsdeurwaarder deelt tegelijk aan de huurder mee dat de inboedel uit het huis zal worden gehaald en aan de kant van de weg zal worden gezet. Dit gebeurt op kosten van de huurder.
- Ook zal worden gezegd dat indien deze inboedel de openbare weg belemmert, de gemeente deze goederen zal weghalen op zijn kosten en 6 maanden zal bewaren.(behalve als het gaat om bederfbare, onveilige, onhygiënische, … goederen).
- De gerechtsdeurwaarder zal de huurder minstens 5 dan wel 7 dagen op voorhand verwittigen van de werkelijke datum waarop de uithuiszetting zal gebeuren.
- Op de dag van de uithuiszetting zal de gerechtsdeurwaarder effectief, met behulp van een slotenmaker en de openbare macht, de goederen uit het huis verwijderen.
- Het is mogelijk dat er ook beslag wordt gelegd wegens niet -betaling van de huurgelden. Dit zal op voorhand worden gemeld.
- Vanaf de uithuiszetting – eigenlijk vanaf de termijn toegestaan in het vonnis verstreken is -heeft de huurder geen recht meer om in het pand te verblijven.
Is er een tussenkomst van het OCMW?
- Ingeval de uithuiszetting wordt bevolen uit een woning die dient als hoofdverblijfplaats, zal het OCMW hiervan worden op de hoogte gebracht.
- De griffier van het Vredegerecht dan wel de gerechtsdeurwaarder zal het OCMW op de hoogte brengen van de vordering tot uithuiszetting.
- De huurder kan zich daar tegen verzetten indien hij dit wenst; hij heeft hiervoor een zeer korte termijn om dit te doen.
- Ook bij de betekening van het vonnis tot uithuiszetting schrijft de gerechtsdeurwaarder het OCMW aan.
- Het OCMW zal aan de huurder passende hulp dienen te bieden in functie van haar wettelijke opdracht.
- Dit zal voornamelijk de hulp betreffen in het zoeken van een andere woning, hulp bij het betalen van de huurwaarborg of het verstrekken van een tijdelijke woonst.